Engels

Uitgebreide synoniemen voor impudent in het Engels

impudent:

impudent bijvoeglijk naamwoord

  1. impudent
    impudent; presumptuous; insolent; shameless; overbearing; arrogant
  2. impudent
    impudent; shameless
  3. impudent
    – improperly forward or bold 1
    smart; wise; fresh; impudent; impertinent; saucy; overbold; sassy
    – improperly forward or bold 1
    • smart bijvoeglijk naamwoord
    • wise bijvoeglijk naamwoord
      • Don't get wise with me!1
    • fresh bijvoeglijk naamwoord
      • don't be fresh with me1
    • impudent bijvoeglijk naamwoord
      • an impudent boy given to insulting strangers1
    • impertinent bijvoeglijk naamwoord
      • impertinent of a child to lecture a grownup1
    • saucy bijvoeglijk naamwoord
    • overbold bijvoeglijk naamwoord
    • sassy bijvoeglijk naamwoord
  4. impudent
    – marked by casual disrespect 1
    flip; insolent; impudent; snotty-nosed
    – marked by casual disrespect 1
    • flip bijvoeglijk naamwoord
      • a flip answer to serious question1
    • insolent bijvoeglijk naamwoord
    • impudent bijvoeglijk naamwoord
      • the student was kept in for impudent behavior1
    • snotty-nosed bijvoeglijk naamwoord

impudent

  1. impudent

Verwante woorden van "impudent":

  • impudently

Alternatieve synoniemen voor "impudent":


Verwante definities voor "impudent":

  1. improperly forward or bold1
    • an impudent boy given to insulting strangers1
  2. marked by casual disrespect1
    • the student was kept in for impudent behavior1