Home ->Woordenboeken ->Engels/Nederlands ->Zoek: indicator

Engelse en Nederlandse zoekresultaten voor: indicator

Overzicht
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. indicator:
  2. Wiktionary:
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. indicator:

Engels

Uitgebreide vertaling voor indicator (Engels) in het Nederlands

indicator:

indicator [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the indicator (gauge)
    de indicator; de graadmeter
  2. the indicator (blinker; strobe flash)
    het knipperlicht
  3. the indicator
    – A dial or light that displays information about the status of a device, such as a light connected to a disk drive that glows when the disk is being accessed. 1
    de indicator
  4. the indicator (scorecard indicator)
    – A set of graphics, text, and colors for defining different levels of performance when comparing an actual value and a target value within a KPI. 1
    de indicator
  5. the indicator
    – A graphic that provides information about the state of an assignment, resource, or task. For example, a check mark indicator shows that a task is completed. 1
    de indicator

Vertaal Matrix voor indicator:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
graadmeter gauge; indicator graduated scale
indicator gauge; indicator; scorecard indicator
knipperlicht blinker; indicator; strobe flash
- index; index number; indicant

Verwante woorden van "indicator":

  • indicators

Synoniemen voor "indicator":


Verwante definities voor "indicator":

  1. a device for showing the operating condition of some system2
  2. a number or ratio (a value on a scale of measurement) derived from a series of observed facts; can reveal relative changes as a function of time2
  3. a signal for attracting attention2
  4. (chemistry) a substance that changes color to indicate the presence of some ion or substance; can be used to indicate the completion of a chemical reaction or (in medicine) to test for a particular reaction2
  5. A dial or light that displays information about the status of a device, such as a light connected to a disk drive that glows when the disk is being accessed.1
  6. A set of graphics, text, and colors for defining different levels of performance when comparing an actual value and a target value within a KPI.1
  7. A graphic that provides information about the state of an assignment, resource, or task. For example, a check mark indicator shows that a task is completed.1

Wiktionary: indicator

indicator
noun
  1. oranje knipperende lamp aan de zijkant van een voertuig, gebruikt om aan te geven dat men het voertuig naar rechts of links wil manouvreren
  2. een systeem om richting aan te geven in een voertuig
Cross Translation:
FromToVia
• indicator → richtingaanwijzer ↔ clignotant — Dispositif de sécurité, utilisé pour signaler aux autres usagers la direction que va prendre son véhicule.

Verwante vertalingen van indicator



Nederlands

Uitgebreide vertaling voor indicator (Nederlands) in het Engels

indicator:

indicator [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de indicator (graadmeter)
    the indicator; the gauge
    • indicator [the ~] zelfstandig naamwoord
    • gauge [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. de indicator
    the indicator
    – A dial or light that displays information about the status of a device, such as a light connected to a disk drive that glows when the disk is being accessed. 1
  3. de indicator
    the indicator; the scorecard indicator
    – A set of graphics, text, and colors for defining different levels of performance when comparing an actual value and a target value within a KPI. 1
  4. de indicator
    the indicator
    – A graphic that provides information about the state of an assignment, resource, or task. For example, a check mark indicator shows that a task is completed. 1

Vertaal Matrix voor indicator:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
gauge graadmeter; indicator duimstok; ijk; ijkmerk; maatstaf; maatstok
indicator graadmeter; indicator knipperlicht
scorecard indicator indicator
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
gauge diepte bepalen; diepte loden; kalibreren; meten; opmeten; peilen

Verwante woorden van "indicator":

  • indicatoren, indicators







Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0236 seconde
Page rendered in 1.0 seconds