Overzicht
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. attackers:
  2. attacker:
  3. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor attackers (Engels) in het Nederlands

attackers:

attackers [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the attackers
    de aanvallers

Vertaal Matrix voor attackers:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aanvallers attackers

Verwante woorden van "attackers":


attacker:

attacker [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the attacker (raider)
    de aanvaller; de overvaller
  2. the attacker (forward; striker)
    de spitsspeler; de aanvaller; de voorhoedespeler; de voorspeler

Vertaal Matrix voor attacker:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aanvaller attacker; forward; raider; striker assaulter; violater
overvaller attacker; raider
spitsspeler attacker; forward; striker
voorhoedespeler attacker; forward; striker
voorspeler attacker; forward; striker
- aggressor; assailant; assaulter
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
- forward

Verwante woorden van "attacker":


Synoniemen voor "attacker":


Verwante definities voor "attacker":

  1. someone who attacks1

Wiktionary: attacker

attacker
noun
  1. someone who attacks
attacker
noun
  1. iemand die aanvalt
  2. een persoon in de voorste linie

Cross Translation:
FromToVia
attacker spits; aanvaller StürmerSport: ein Offensivspieler, dessen Hauptaufgabe darin besteht, Tore zu schießen.