Overzicht
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. vengeance:
  2. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor vengeance (Engels) in het Nederlands

vengeance:

vengeance [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the vengeance (act of revenge; revenge; retaliation)
    de wraak; de wraakneming
    • wraak [de ~] zelfstandig naamwoord
    • wraakneming [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor vengeance:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
wraak act of revenge; retaliation; revenge; vengeance
wraakneming act of revenge; retaliation; revenge; vengeance
- payback; retribution

Synoniemen voor "vengeance":


Verwante definities voor "vengeance":

  1. the act of taking revenge (harming someone in retaliation for something harmful that they have done) especially in the next life1
    • For vengeance I would do nothing. This nation is too great to look for mere revenge1
    • he swore vengeance on the man who betrayed him1

Wiktionary: vengeance

vengeance
noun
  1. revenge taken for an insult, injury, or other wrong
vengeance
noun
  1. het vergelden van doorgemaakt lijden

Cross Translation:
FromToVia
vengeance wraak RacheHandlung gegen eine oder mehrere Person mit beabsichtigen negativen Auswirkungen als Reaktion auf ein erlittenes (manchmal auch nur vermeintliches) Unrecht