Overzicht
Engels naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. miser:
  2. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor miser (Engels) in het Zweeds

miser:

miser [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the miser (haggler; niggard; money-grub; skinflint; short arms deep pockets)
    snålvarg; girigbuk; gnidare
  2. the miser (sourpuss)
    surpuppa

Vertaal Matrix voor miser:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
girigbuk haggler; miser; money-grub; niggard; short arms deep pockets; skin-flint; skinflint niggard; screw; skinflint
gnidare haggler; miser; money-grub; niggard; short arms deep pockets; skin-flint; skinflint cheapskate; curmudgeon; horse-trader; niggard; peevish person; screw; shady trader; skinflint; sourpuss; trafficker
snålvarg haggler; miser; money-grub; niggard; short arms deep pockets; skin-flint; skinflint curmudgeon; peevish person; sourpuss
surpuppa miser; sourpuss curmudgeon
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
snålmåns cheapskate; miser; skinflint

Verwante woorden van "miser":


Synoniemen voor "miser":


Verwante definities voor "miser":

  1. a stingy hoarder of money and possessions (often living miserably)1

Wiktionary: miser

miser
noun
  1. skinflint or scrooge

Cross Translation:
FromToVia
miser snåljåp Filz — (umgangssprachlich) abwertend: geiziger Mensch
miser snåljåp; snålhans; girigbuk Geizhals — sehr geizige Person; jemand, der sehr wenig Neigung hat, anderen etwas zu geben oder überhaupt etwas auszugeben