Home ->Woordenboeken ->Spaans/Spaans ->Vertaal déficit

Synoniemen voor "déficit" in het Spaans

Overzicht

Spaans Synoniemen: Meer gegevens...

déficit:
- déficit; falta; carencia; deficiencia; necesidad; insuficiencia; escasez; frugalidad; pobreza; penuria; privación; parquedad; deuda bancaria; debe; débito; saldo negativo

Spaans

Uitgebreide synoniemen voor déficit in het Spaans

déficit:

déficit [el ~] zelfstandig naamwoord

el déficit
el déficit; la falta; la carencia; la deficiencia
- déficit [el ~] zelfstandig naamwoord
- falta [la ~] zelfstandig naamwoord
- carencia [la ~] zelfstandig naamwoord
- deficiencia [la ~] zelfstandig naamwoord
el déficit
la necesidad; el déficit; la insuficiencia; la escasez; la frugalidad; la carencia; la pobreza; la penuria; la privación; la parquedad
- necesidad [la ~] zelfstandig naamwoord
- déficit [el ~] zelfstandig naamwoord
- insuficiencia [la ~] zelfstandig naamwoord
- escasez [la ~] zelfstandig naamwoord
- frugalidad [la ~] zelfstandig naamwoord
- carencia [la ~] zelfstandig naamwoord
- pobreza [la ~] zelfstandig naamwoord
- penuria [la ~] zelfstandig naamwoord
- privación [la ~] zelfstandig naamwoord
- parquedad [la ~] zelfstandig naamwoord
el déficit
la deuda bancaria; el debe; el débito; el saldo negativo; el déficit
- deuda bancaria [la ~] zelfstandig naamwoord
- debe [el ~] zelfstandig naamwoord
- débito [el ~] zelfstandig naamwoord
- saldo negativo [el ~] zelfstandig naamwoord
- déficit [el ~] zelfstandig naamwoord
el déficit
el déficit
- déficit [el ~] zelfstandig naamwoord

Alternatieve synoniemen voor "déficit":

deuda; endeudamiento; adeudo; compromiso; débito; obligación; dita; cargo; pasivo; adeudamiento; debe

Verwante synoniemen voor déficit