Home ->Woordenboeken ->Nederlands/Duits ->Vertaal bezoeker

Vertaal bezoeker van Nederlands naar Duits

Overzicht

Nederlands naar Duits: Meer gegevens...

bezoeker:
- Besucher; Museumsbesucher
Wiktionary:
- bezoeker → Besucher, Besuch
- bezoeker → Besucher, Besucherin, Gast, Gästin

Nederlands

Uitgebreide vertaling voor bezoeker (Nederlands) in het Duits

bezoeker:

bezoeker [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

de bezoeker (museumbezoeker)
der Besucher; der Museumsbesucher
- Besucher [der ~] zelfstandig naamwoord
- Museumsbesucher [der ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor bezoeker:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Besucher	bezoeker; museumbezoeker	bezoekers; gast; genodigde; invité; klanten; logé; overnachter; slaapgast; slaper
Museumsbesucher	bezoeker; museumbezoeker

Wiktionary: bezoeker

bezoeker

noun

een persoon die iemand of iets bezoekt
- bezoeker → Besucher

bezoeker

noun

jemand, der zu jemandem kommt, um mit ihm zu sprechen, um sich bei ihm aufzuhalten
- Besucher → bezoeker
Person oder Personen, die ^[1] tätigen
- Besuch → bezoek; bezoeker

Cross Translation:

From	To	Via
• bezoeker	→ Besucher; Besucherin; Gast; Gästin	↔ visitor — guest
• bezoeker	→ Besucher; Besucherin	↔ visitor — sightseer
• bezoeker	→ Besucher	↔ visiteur — celui, celle qui aller voir quelqu’un ou quelque chose.

Verwante vertalingen van bezoeker

vaste bezoeker