Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. wrong:
  2. wringen:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor wrong (Nederlands) in het Duits

wrong:

wrong [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de wrong (knoedel; vlecht; kluwen; )
    die Strähne; Knötchen; der Knäuel; der Dutt; der Haarknoten; der Knoten
    • Strähne [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Knötchen [das ~] zelfstandig naamwoord
    • Knäuel [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Dutt [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Haarknoten [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Knoten [der ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor wrong:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Dutt haarknot; kluwen; knoedel; knoedeltje; knoet; knot; knotje; vlecht; wrong knot; knotje haar
Haarknoten haarknot; kluwen; knoedel; knoedeltje; knoet; knot; knotje; vlecht; wrong haarknotten; knot; knotje haar
Knoten haarknot; kluwen; knoedel; knoedeltje; knoet; knot; knotje; vlecht; wrong gezwel; knobbel; knooppunt; knot; knotje haar; tumor
Knäuel haarknot; kluwen; knoedel; knoedeltje; knoet; knot; knotje; vlecht; wrong dotten; knot; streng garen
Knötchen haarknot; kluwen; knoedel; knoedeltje; knoet; knot; knotje; vlecht; wrong
Strähne haarknot; kluwen; knoedel; knoedeltje; knoet; knot; knotje; vlecht; wrong haarsliert

Verwante woorden van "wrong":

  • wrongen

wrong vorm van wringen:

wringen [znw.] zelfstandig naamwoord

  1. wringen (gewring)
    Ringen
    • Ringen [das ~] zelfstandig naamwoord

wringen werkwoord (wring, wringt, wrong, wrongen, gewrongen)

  1. wringen (uitwringen)
    auswringen; wringen
    • auswringen werkwoord (wringe aus, wringst aus, wringt aus, wrang aus, wrangt aus, ausgewrungen)
    • wringen werkwoord (wringe, wringst, wringt, wrang, wrangt, gewrungen)

Conjugations for wringen:

o.t.t.
  1. wring
  2. wringt
  3. wringt
  4. wringen
  5. wringen
  6. wringen
o.v.t.
  1. wrong
  2. wrong
  3. wrong
  4. wrongen
  5. wrongen
  6. wrongen
v.t.t.
  1. heb gewrongen
  2. hebt gewrongen
  3. heeft gewrongen
  4. hebben gewrongen
  5. hebben gewrongen
  6. hebben gewrongen
v.v.t.
  1. had gewrongen
  2. had gewrongen
  3. had gewrongen
  4. hadden gewrongen
  5. hadden gewrongen
  6. hadden gewrongen
o.t.t.t.
  1. zal wringen
  2. zult wringen
  3. zal wringen
  4. zullen wringen
  5. zullen wringen
  6. zullen wringen
o.v.t.t.
  1. zou wringen
  2. zou wringen
  3. zou wringen
  4. zouden wringen
  5. zouden wringen
  6. zouden wringen
diversen
  1. wring!
  2. wringt!
  3. gewrongen
  4. wringend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor wringen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Ringen gewring; wringen gevecht; geworstel; kamp; strijd; worsteling
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
auswringen uitwringen; wringen
wringen uitwringen; wringen met iemand worstelen; worstelen; wrikken; zich wringen

Wiktionary: wringen

wringen
verb
  1. met een draaiende beweging iets vervormen
  2. met uitoefening van enig geweld iets ergens in- of uithalen
  3. in een beperkte ruimte bewegen door te draaien
wringen
verb
  1. in einer Drehbewegung verzwängen, insbesondere um Feuchtigkeit aus einem Gewebe zu drücken

Cross Translation:
FromToVia
wringen winden squirm — twist one’s body with snakelike motion
wringen drehen; verdrehen; auswringen; verrenken; verstauchen; ringen; winden tordre — Tourner un corps long et flexible par ses deux extrémités en sens contraire.