Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. gesputter:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor gesputter (Nederlands) in het Engels

gesputter:

gesputter [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het gesputter (gepruttel)
    the grumbling; the mumbling; the simmering in cooking

Vertaal Matrix voor gesputter:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
grumbling gepruttel; gesputter gebrom; gegrom; gemopper
mumbling gepruttel; gesputter
simmering in cooking gepruttel; gesputter
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
grumbling brommerig; brommmerig; chagrijnig; gemelijk; humeurig; knorrig; mopperig; nukkig; nurks; sikkeneurig; slecht gehumeurd