Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. hagel:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor hagel (Nederlands) in het Engels

hagel:

hagel [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de hagel (hagelsteen; hagelkorrel)
    the hailstone

Vertaal Matrix voor hagel:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
hailstone hagel; hagelkorrel; hagelsteen

Verwante woorden van "hagel":


Verwante definities voor "hagel":

  1. neerslag van ijskorrels1
    • we krijgen volgens de weerman regen en hagel1

Wiktionary: hagel

hagel
noun
  1. bolvormig ijs dat als neerslag uit de hemel valt
  2. verzameling van stukjes metaal -vaak lood- waarmee geschoten wordt in plaats van een kogel
hagel
noun
  1. balls of ice
  2. lead shot used in shotgun cartridges
  3. small metal balls used as ammunition

Cross Translation:
FromToVia
hagel hail Hagel — aus meist kleinen Eisklumpen bestehender Niederschlag
hagel buckshot chevrotinegros plomb dont on se servir pour tirer le chevreuil et autres gibiers.
hagel hail grêlepluie qui tomber sous forme de petits blocs de glace.

Verwante vertalingen van hagel