Overzicht
Nederlands Synoniemen:   Meer gegevens...
  1. jam:


Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor jam in het Nederlands

jam:

jam [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de jam
    de jam
    • jam [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  2. de jam
    de jam; vruchtengelei
    • jam [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • vruchtengelei [znw.] zelfstandig naamwoord

jam [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de jam
    – gekookt en ingedikt mengsel van vruchten en suiker 1
    de jam
    – gekookt en ingedikt mengsel van vruchten en suiker 1
    • jam [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
      • wil je aardbeienjam op brood?1

Verwante woorden van "jam":

  • jammen, jams

Verwante definities voor "jam":

  1. gekookt en ingedikt mengsel van vruchten en suiker1
    • wil je aardbeienjam op brood?1