Overzicht
Nederlands Synoniemen:   Meer gegevens...
  1. radbraken:


Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor radbraken in het Nederlands

radbraken:

radbraken werkwoord (radbraak, radbraakt, radbraakte, radbraakten, geradbraakt)

  1. radbraken
    radbraken
    • radbraken werkwoord (radbraak, radbraakt, radbraakte, radbraakten, geradbraakt)

Conjugations for radbraken:

o.t.t.
  1. radbraak
  2. radbraakt
  3. radbraakt
  4. radbraken
  5. radbraken
  6. radbraken
o.v.t.
  1. radbraakte
  2. radbraakte
  3. radbraakte
  4. radbraakten
  5. radbraakten
  6. radbraakten
v.t.t.
  1. heb geradbraakt
  2. hebt geradbraakt
  3. heeft geradbraakt
  4. hebben geradbraakt
  5. hebben geradbraakt
  6. hebben geradbraakt
v.v.t.
  1. had geradbraakt
  2. had geradbraakt
  3. had geradbraakt
  4. hadden geradbraakt
  5. hadden geradbraakt
  6. hadden geradbraakt
o.t.t.t.
  1. zal radbraken
  2. zult radbraken
  3. zal radbraken
  4. zullen radbraken
  5. zullen radbraken
  6. zullen radbraken
o.v.t.t.
  1. zou radbraken
  2. zou radbraken
  3. zou radbraken
  4. zouden radbraken
  5. zouden radbraken
  6. zouden radbraken
en verder
  1. ben geradbraakt
  2. bent geradbraakt
  3. is geradbrraakt
  4. zijn geradbraakt
  5. zijn geradbraakt
  6. zijn geradbraakt
diversen
  1. radbraak!
  2. radbraakt!
  3. geradbraakt
  4. radbrakend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze