Overzicht
Nederlands Synoniemen:   Meer gegevens...
  1. waarmaken:


Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor waarmaken in het Nederlands

waarmaken:

waarmaken werkwoord (maak waar, maakt waar, maakte waar, maakten waar, waargemaakt)

  1. waarmaken
    waarmaken
    • waarmaken werkwoord (maak waar, maakt waar, maakte waar, maakten waar, waargemaakt)

Conjugations for waarmaken:

o.t.t.
  1. maak waar
  2. maakt waar
  3. maakt waar
  4. maken waar
  5. maken waar
  6. maken waar
o.v.t.
  1. maakte waar
  2. maakte waar
  3. maakte waar
  4. maakten waar
  5. maakten waar
  6. maakten waar
v.t.t.
  1. heb waargemaakt
  2. hebt waargemaakt
  3. heeft waargemaakt
  4. hebben waargemaakt
  5. hebben waargemaakt
  6. hebben waargemaakt
v.v.t.
  1. had waargemaakt
  2. had waargemaakt
  3. had waargemaakt
  4. hadden waargemaakt
  5. hadden waargemaakt
  6. hadden waargemaakt
o.t.t.t.
  1. zal waarmaken
  2. zult waarmaken
  3. zal waarmaken
  4. zullen waarmaken
  5. zullen waarmaken
  6. zullen waarmaken
o.v.t.t.
  1. zou waarmaken
  2. zou waarmaken
  3. zou waarmaken
  4. zouden waarmaken
  5. zouden waarmaken
  6. zouden waarmaken
diversen
  1. maak waar!
  2. maakt waar!
  3. waargemaakt
  4. waarmakend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze