Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. bezichtiging:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor bezichtiging (Nederlands) in het Zweeds

bezichtiging:

bezichtiging [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de bezichtiging (bezichtigen)
    besöka; inspektera

Vertaal Matrix voor bezichtiging:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
besöka bezichtigen; bezichtiging
inspektera bezichtigen; bezichtiging
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
besöka aankomen; bezoeken; buurten; iemand opzoeken; inlopen; langsgaan; langskomen; op bezoek komen; op visite gaan; opzoeken; voorbijkomen
inspektera aanschouwen; bekijken; bezichtigen; bezien; controleren; examineren; inspecteren; keuren; kijken; nagaan; nakijken; overzien; schouwen; toeschouwen

Verwante woorden van "bezichtiging":

  • bezichtigingen

Wiktionary: bezichtiging


Cross Translation:
FromToVia
bezichtiging beskådande; besiktning; inspektion BesichtigungEreignis, bei dem jemand etwas genau betrachten, wobei das Betrachtete meist zur Betrachtung freigeben wurde oder frei zugänglich ist