Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. formaliseren:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor formaliseren (Nederlands) in het Zweeds

formaliseren:

formaliseren werkwoord (formaliseer, formaliseert, formaliseerde, formaliseerden, geformaliseerd)

  1. formaliseren
    formalisera
    • formalisera werkwoord (formaliserar, formaliserade, formaliserat)

Conjugations for formaliseren:

o.t.t.
  1. formaliseer
  2. formaliseert
  3. formaliseert
  4. formaliseren
  5. formaliseren
  6. formaliseren
o.v.t.
  1. formaliseerde
  2. formaliseerde
  3. formaliseerde
  4. formaliseerden
  5. formaliseerden
  6. formaliseerden
v.t.t.
  1. heb geformaliseerd
  2. hebt geformaliseerd
  3. heeft geformaliseerd
  4. hebben geformaliseerd
  5. hebben geformaliseerd
  6. hebben geformaliseerd
v.v.t.
  1. had geformaliseerd
  2. had geformaliseerd
  3. had geformaliseerd
  4. hadden geformaliseerd
  5. hadden geformaliseerd
  6. hadden geformaliseerd
o.t.t.t.
  1. zal formaliseren
  2. zult formaliseren
  3. zal formaliseren
  4. zullen formaliseren
  5. zullen formaliseren
  6. zullen formaliseren
o.v.t.t.
  1. zou formaliseren
  2. zou formaliseren
  3. zou formaliseren
  4. zouden formaliseren
  5. zouden formaliseren
  6. zouden formaliseren
en verder
  1. is geformaliseerd
  2. zijn geformaliseerd
diversen
  1. formaliseer!
  2. formaliseert!
  3. geformaliseerd
  4. formaliserend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor formaliseren:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
formalisera formaliseren