Nederlands

Uitgebreide vertaling voor heerlijkheid (Nederlands) in het Zweeds

heerlijkheid:

heerlijkheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de heerlijkheid (gelukzaligheid)
    lycka; välsignelse
  2. de heerlijkheid
    läckerheter; delikatesser; känsligheter

Vertaal Matrix voor heerlijkheid:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
delikatesser heerlijkheid
känsligheter heerlijkheid
lycka gelukzaligheid; heerlijkheid bof; buitenkansje; euforie; fortuintje; geluk; geluk hebbend; gelukkig toeval; geneugte; genieten; genot; meevaller; opsteker; succes; verlossing; voordeel; voorspoedigheid; welbehagen; welslagen; welstand; welvaart; zaligheid
läckerheter heerlijkheid
välsignelse gelukzaligheid; heerlijkheid gezegende toestand; heil; heildronk; toost; voorspoed; wijding; zaligheid; zegen; zegenen; zegening

Verwante woorden van "heerlijkheid":


heerlijk:

heerlijk bijvoeglijk naamwoord

  1. heerlijk (goddelijk; paradijselijk; verrukkelijk; hemels; zalig)
    himmelskt; himmelsk
  2. heerlijk (reuzelekker; smakelijk; lekker; )
    himmelskt; utsökt; underbar; härlig; underbart; härligt; kostbart
  3. heerlijk (verrukkelijk; mieters; zalig)
    bedårande; härligt; underbar; underbart; gudomligt
  4. heerlijk (uitstekend; kostelijk; voortreffelijk)
    utmärkt; underbart; förträfflig; förträffligt; underbar; superbt

Vertaal Matrix voor heerlijk:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
underbar saletjonker; salonheld
utmärkt saletjonker; salonheld
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bedårande heerlijk; mieters; verrukkelijk; zalig aardig; bevallig; charmant; prettig
förträfflig heerlijk; kostelijk; uitstekend; voortreffelijk ideaal; perfect; volmaakt
förträffligt heerlijk; kostelijk; uitstekend; voortreffelijk hoogwaardig; ideaal; perfect; prima; van goede kwaliteit; volmaakt
gudomligt heerlijk; mieters; verrukkelijk; zalig
himmelsk goddelijk; heerlijk; hemels; paradijselijk; verrukkelijk; zalig
himmelskt goddelijk; heerlijk; hemels; kostelijk; lekker; overheerlijk; paradijselijk; reuzelekker; smakelijk; verrukkelijk; zalig hemels; tot de hemel behorend
härlig heerlijk; hemels; kostelijk; lekker; overheerlijk; reuzelekker; smakelijk; verrukkelijk; zalig aanlokkelijk; betoverend; glorierijk; heilig; lekker; lieflijk; luisterrijk; magnifiek; prachtig; schitterend; smakelijk; verheerlijkt; verlokkend; zalig
härligt heerlijk; hemels; kostelijk; lekker; mieters; overheerlijk; reuzelekker; smakelijk; verrukkelijk; zalig aanlokkelijk; beeldschoon; betoverend; geschikt; glorierijk; heilig; lekker; lieflijk; luisterrijk; magnifiek; prachtig; riant; schitterend; smakelijk; tof; verheerlijkt; verlokkend; zalig
kostbart heerlijk; hemels; kostelijk; lekker; overheerlijk; reuzelekker; smakelijk; verrukkelijk; zalig duur; kostbaar; prijzig
superbt heerlijk; kostelijk; uitstekend; voortreffelijk gaaf; mieters; schitterend; tof
underbar heerlijk; hemels; kostelijk; lekker; mieters; overheerlijk; reuzelekker; smakelijk; uitstekend; verrukkelijk; voortreffelijk; zalig beeldig; beeldschoon; dolletjes; enig; fantastisch; fenomenaal; geschikt; geweldig; glorierijk; groots; heilig; kiplekker; mieters; prima; puik; riant; tof; verheerlijkt; wonderbaarlijk; zalig
underbart heerlijk; hemels; kostelijk; lekker; mieters; overheerlijk; reuzelekker; smakelijk; uitstekend; verrukkelijk; voortreffelijk; zalig allerliefst; beeldig; beeldschoon; betoverend; dolletjes; dottig; enig; geschikt; glorierijk; heilig; kiplekker; lief; liefelijk; lieflijk; luisterrijk; magnifiek; mieters; prachtig; prima; riant; schattig; schitterend; snoezig; tof; verheerlijkt; vertederend; wonderbaarlijk; zalig
utmärkt heerlijk; kostelijk; uitstekend; voortreffelijk geschikt; hoogwaardig; ingoed; opperbest; perfect; prima; tof; van goede kwaliteit
utsökt heerlijk; hemels; kostelijk; lekker; overheerlijk; reuzelekker; smakelijk; verrukkelijk; zalig heel mooi; riant; uitgelezen

Verwante woorden van "heerlijk":

  • heerlijkheid, heerlijker, heerlijkere, heerlijkst, heerlijkste, heerlijke

Antoniemen van "heerlijk":


Verwante definities voor "heerlijk":

  1. heel fijn1
    • ik had een heerlijke vakantie1
  2. wat heel lekker smaakt1
    • dat was een heerlijke maaltijd1

Wiktionary: heerlijk


Cross Translation:
FromToVia
heerlijk delikat; läcker; smaklig; härlig; välsmakande delicious — pleasing to taste
heerlijk jättebra great — very good
heerlijk underbar wonderful — excellent, extremely impressive
heerlijk angenäm; behaglig agréable — Qui procure un sentiment de légère gaieté, de bonheur ou encore de bien-être.
heerlijk gudomlig divin — Qui est de Dieu, qui appartenir à Dieu, à un dieu.
heerlijk förtjusande; ljuvlig; utsökt; delikat délicieux — Qui procure des délices.
heerlijk behagfull ravissant — (figuré) Qui transporter d’admiration.
heerlijk läcker; smakfull; smaklig savoureux — Qui a une bonne saveur, une saveur agréable.