Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. zier:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor zier (Nederlands) in het Zweeds

zier:

zier [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de zier
    smula; en minsta bit; dutt

Vertaal Matrix voor zier:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
dutt zier
en minsta bit zier
smula zier beetje; kleinigheid; kruim; kruimel; kruimeltje; plakje; schijfje; snuisterij

Verwante woorden van "zier":