Overzicht
Zweeds naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. poäng:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor poäng (Zweeds) in het Spaans

poäng:

poäng [-ett] zelfstandig naamwoord

  1. poäng (betug; grad)
    la calificación; el número
  2. poäng (punkt; spets; udd)
    la clave
    • clave [la ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor poäng:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
calificación betug; grad; poäng klassificering; klassifikation; kvalification; uppskatning; värdering
clave poäng; punkt; spets; udd klaver; kode; nyckel; piano
número betug; grad; poäng antal; dos; mängd; nummer; nummerpresentation; siffra; tal
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
clave nyckel

Synoniemen voor "poäng":


Wiktionary: poäng


Cross Translation:
FromToVia
poäng punto punt — een positie in de ruimte
poäng punto point — unit of scoring in a game or competition

Verwante vertalingen van poäng