Duits

Uitgebreide synoniemen voor Hütte in het Duits

Hütte:

Hütte [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Hütte
    Häuschen; die Hütte
    • Häuschen [das ~] zelfstandig naamwoord
    • Hütte [die ~] zelfstandig naamwoord
  2. die Hütte
    die Hütte; Kabuff; die Scheune; die Bruchbude
    • Hütte [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Kabuff [das ~] zelfstandig naamwoord
    • Scheune [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Bruchbude [die ~] zelfstandig naamwoord
  3. die Hütte
    die Hütte; die Baracke; die Bruchbude
    • Hütte [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Baracke [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Bruchbude [die ~] zelfstandig naamwoord
  4. die Hütte
    der Verschlag; die Hütte; der Stall
    • Verschlag [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Hütte [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Stall [der ~] zelfstandig naamwoord
  5. die Hütte
    die Kajüte; die Hütte; die Kabine
    • Kajüte [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Hütte [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Kabine [die ~] zelfstandig naamwoord
  6. die Hütte
    die Hütte; die Schäferhütte
  7. die Hütte
    die Bude; die Hütte; die Bruchbude
    • Bude [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Hütte [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Bruchbude [die ~] zelfstandig naamwoord
  8. die Hütte
    die Bude; der Slum; die Baracke; Armenviertel; der Schuppen; die Hütte; Elendviertel; die Bruchbude; Barackenviertel
  9. die Hütte
    die Hütte; die kleine Schäferhütte

Alternatieve synoniemen voor "Hütte":