Overzicht
Duits naar Engels:   Meer gegevens...
  1. Anreißer:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Anreißer (Duits) in het Engels

Anreißer:

Anreißer [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Anreißer (Marktschreier)
    the market vendor
  2. der Anreißer (Kundenwerber; Schlepper)
    the barkers; the touts
    • barkers [the ~] zelfstandig naamwoord
    • touts [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Anreißer:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
barkers Anreißer; Kundenwerber; Schlepper
market vendor Anreißer; Marktschreier Händler; Marktverkäufer
touts Anreißer; Kundenwerber; Schlepper

Wiktionary: Anreißer

Anreißer
noun
  1. a person paid to endorse a product favourably