Overzicht
Duits naar Engels:   Meer gegevens...
  1. Ansatzrohr:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Ansatzrohr (Duits) in het Engels

Ansatzrohr:

Ansatzrohr [das ~] zelfstandig naamwoord

  1. Ansatzrohr (Ansatzstück)
    the extension; the adding; the joining
    • extension [the ~] zelfstandig naamwoord
    • adding [the ~] zelfstandig naamwoord
    • joining [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. Ansatzrohr (Ansatzstück; Mundstück)
    the embouchure; the adjutage; the mouth-piece

Vertaal Matrix voor Ansatzrohr:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
adding Ansatzrohr; Ansatzstück Inhalt; womit etwas gefüllt ist
adjutage Ansatzrohr; Ansatzstück; Mundstück
embouchure Ansatzrohr; Ansatzstück; Mundstück Mundstück; Mundstück an einer Pfeife
extension Ansatzrohr; Ansatzstück Additiv; Anbau; Anfügung; Ausbau; Ausbreitung; Ausziehplatte; Beifügung; Dateinamenerweiterung; Dependance; Durchziehung; Erhöhung; Erweiterung; Expansion; Hinzufügung; Nebengebäude; Supplement; Vergrößerung; Vorbau; Zufügung; Zulage; Zunahme; Zusatz; Zweigstelle
joining Ansatzrohr; Ansatzstück verbinden
mouth-piece Ansatzrohr; Ansatzstück; Mundstück Organ; Sprachrohr
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
joining eintretend; verbindend; verbunden; zutretend

Computer vertaling door derden: