Overzicht
Duits naar Engels:   Meer gegevens...
  1. Arbeitswoche:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Arbeitswoche (Duits) in het Engels

Arbeitswoche:

Arbeitswoche [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Arbeitswoche
    the working week

Vertaal Matrix voor Arbeitswoche:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
working week Arbeitswoche

Wiktionary: Arbeitswoche

Arbeitswoche
noun
  1. range of days of the week

Cross Translation:
FromToVia
Arbeitswoche working week; workweek werkweek — dagen per week waarop er gewerkt wordt
Arbeitswoche working week; workweek werkweek — het totaal aantal arbeidsuren per week