Overzicht


Duits

Uitgebreide vertaling voor Ausbeuter (Duits) in het Engels

Ausbeuter:

Ausbeuter [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Ausbeuter
    the leech; the extortionist; the bloodsucker; the extortioner; the capitalist; the vampire
  2. der Ausbeuter
    the capitalists

Ausbeuter [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Ausbeuter
    the exploiters; the vampires; the bloodsuckers

Vertaal Matrix voor Ausbeuter:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bloodsucker Ausbeuter
bloodsuckers Ausbeuter
capitalist Ausbeuter Kapitalist
capitalists Ausbeuter
exploiters Ausbeuter
extortioner Ausbeuter
extortionist Ausbeuter
leech Ausbeuter
vampire Ausbeuter Vampier
vampires Ausbeuter Vampire
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
capitalist kapitalistisch

Synoniemen voor "Ausbeuter":


Wiktionary: Ausbeuter

Ausbeuter
noun
  1. one who exploits

Computer vertaling door derden: