Overzicht
Duits naar Engels:   Meer gegevens...
  1. Hotelbesitzer:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Hotelbesitzer (Duits) in het Engels

Hotelbesitzer:

Hotelbesitzer [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Hotelbesitzer
    the hotelkeeper; the hotel proprietor
  2. der Hotelbesitzer (Gasthofbesitzer)
    the hotelkeeper; the innkeeper; the lodging keeper

Vertaal Matrix voor Hotelbesitzer:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
hotel proprietor Hotelbesitzer
hotelkeeper Gasthofbesitzer; Hotelbesitzer
innkeeper Gasthofbesitzer; Hotelbesitzer Barkeeper; Cafébesitzer; Kaffeewirt; Kneipenbesitzer; Schankwirt; Wirt
lodging keeper Gasthofbesitzer; Hotelbesitzer

Synoniemen voor "Hotelbesitzer":

  • Hotelier

Computer vertaling door derden: