Overzicht
Duits naar Engels:   Meer gegevens...
  1. auseinander fasern:


Duits

Uitgebreide vertaling voor auseinander fasern (Duits) in het Engels

auseinander fasern:

auseinander fasern werkwoord

  1. auseinander fasern (auftrennen; ausfransen; entwirren; )
    to fray
    • fray werkwoord (frays, frayed, fraying)

Vertaal Matrix voor auseinander fasern:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
fray aufdröseln; aufknoten; aufknöpfen; auftrennen; auseinander fasern; ausfasern; ausfransen; ausfädeln; ausknobeln; entknoten; entwirren aufdröseln; aufknoten; aufknüpfen; aufmachen; auseinanderfasern; ausfransen; ausfädeln; entknoten; entwirren; fasern; zerfasern; öffnen

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van auseinander fasern