Overzicht
Duits naar Engels:   Meer gegevens...
  1. quälend:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor quälend (Duits) in het Engels

quälend:

quälend bijvoeglijk naamwoord

  1. quälend
    tantalizing; annoying; exasperating; tormenting; nagging; provoking; tantalising

Vertaal Matrix voor quälend:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
nagging Gejammer; Geleier; Gemecker; Genörgel; Gequake; Gequengel; Geschwatze; Getratsche; Neckerei; Piesacken; Quälerei; Zwiebeln
provoking Provozieren
tormenting Piesacken; Quälen; Sekkieren
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
provoking flirten
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
exasperating quälend beschwerlich; irritierend; sauer; störend; unangenehm; ärgerlich
nagging quälend barsch; brüsk; griesgrämig; knurrig; sauertöpfisch; schlechtgelaunt
provoking quälend gewagt; herausfordernd; höhnisch; provozierend; trotzend; wagemutig; überdauernd
tantalising quälend
tantalizing quälend
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
annoying quälend beschwerlich; hinderlich; irritierend; kaltherzig; lästig; nicht im richtigen Moment; sauer; schwer; schwierig; störend; unangenehm; unbequem; unfähig; ungeeignet; ungelegen; unpassend; unrecht; ärgerlich
tormenting quälend

Synoniemen voor "quälend":


Wiktionary: quälend

quälend
adjective
  1. mit Qual verbunden

Computer vertaling door derden: