Overzicht
Duits naar Engels:   Meer gegevens...
  1. schrauben:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor schrauben (Duits) in het Engels

schrauben:

schrauben werkwoord

  1. schrauben (festschrauben; anschrauben)
    screw; to tighten
    • screw werkwoord
    • tighten werkwoord (tightens, tightened, tightening)

Vertaal Matrix voor schrauben:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
screw Ekel; Ferkel; Flegel; Gauner; Geizhals; Geizhälse; Halunke; Hundsfötter; Iltis; Lump; Schalk; Schelm; Schlauberger; Schlingel; Schmierfink; Schmutzfink; Schraube; Schweinigel; Spitzbube; Stinker; Strick; Taugenichts; Widerling; geriebeneKerl
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
screw anschrauben; festschrauben; schrauben andrehen; anschrauben; bumsen; festschrauben; ficken; miteinander schlafen; vögeln
tighten anschrauben; festschrauben; schrauben andrehen; anschrauben; anspannen; anstrengen; aufziehen; beziehen; dehnen; festschrauben; spannen; stramm machen; strecken; verschärfen; versteifen

Synoniemen voor "schrauben":

  • eine Schraube anziehen

Wiktionary: schrauben

schrauben
verb
  1. (transitiv) Schrauben oder Ähnliches hinein- oder herausdrehen
schrauben
verb
  1. to connect or assemble pieces using a screw

Cross Translation:
FromToVia
schrauben screw vijzen — het in- of uitdraaien van een schroef
schrauben screw visser — Attacher, fixer avec des vis.

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van schrauben