Overzicht
Duits naar Engels:   Meer gegevens...
  1. sichekligbenehmen:


Duits

Uitgebreide vertaling voor sichekligbenehmen (Duits) in het Engels

sichekligbenehmen:

sichekligbenehmen werkwoord

  1. sichekligbenehmen (jammern; nörgeln; quaken; )
    to nag; to be a pain in the neck; to keep on
    • nag werkwoord (nags, nagged, nagging)
    • be a pain in the neck werkwoord (are a pain in the neck, being a pain in the neck)
    • keep on werkwoord (keeps on, kept on, keeping on)

Vertaal Matrix voor sichekligbenehmen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
nag Ekel; Griesgram; Meckerer; Meckerfritze; Nölpeter; Nölsuse; Nörgler; Quengler
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
be a pain in the neck eitern; faseln; flennen; greinen; jammern; klagen; klonen; leinern; nörgeln; quaken; sichekligbenehmen; trödeln; vergraulen; wegekeln; wehklagen; wimmern; winseln; zwicken
keep on eitern; faseln; flennen; greinen; jammern; klagen; klonen; leinern; nörgeln; quaken; sichekligbenehmen; trödeln; vergraulen; wegekeln; wehklagen; wimmern; winseln; zwicken andauern; andringen; anhalten; anlassen; ausharren; durchgehen; durchsetzen; fortdauern; fortfahren; fortführen; fortgehen; fortsetzen; fortwähren; kontinuieren; verfolgen; weitergehen; weiterlaufen
nag eitern; faseln; flennen; greinen; jammern; klagen; klonen; leinern; nörgeln; quaken; sichekligbenehmen; trödeln; vergraulen; wegekeln; wehklagen; wimmern; winseln; zwicken beanstanden; drängen; durchstoßen; einhämmern; einrammen; entgegenarbeiten; entgegenwirken; etwas auf dem Herzen haben; etwas im Magen liegen; hindern; hintertreiben; imMagenliegen; klagen; nerven; piesacken; provozieren; reizen; reklamieren; schikanieren; sich beschweren; streiten; striezen; triezen; wettern; zanken; zusetzen; ärgern