Overzicht
Duits naar Engels:   Meer gegevens...
  1. vital:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor vital (Duits) in het Engels

vital:

vital bijvoeglijk naamwoord

  1. vital (lebenskräftig)
    vigorous; vital; full of life
  2. vital (lebenskräftig)
    viable
    • viable bijvoeglijk naamwoord
  3. vital (lebensnotwendig; lebenswichtig)
    crucial; vital

Vertaal Matrix voor vital:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
crucial lebensnotwendig; lebenswichtig; vital ausschlaggebend; entscheidend; erforderlich; essentiell; notwendig; nötig; sehr wichtig; unentbehrlich; wesentlich; wichtig; zentral
full of life lebenskräftig; vital
viable lebenskräftig; vital
vigorous lebenskräftig; vital anmaßend; aufgebläht; aufgeweckt; drastisch; durchgreifend; eingehend; energisch; entschieden; entschlossen; fest; forsch; grandios; großartig; großzügig; gönnerhaft; hervorragend; intensiv; kraftvoll; kräftig; lebendig; lebhaft; munter; ruhmreich; schlagfertig; selbstgefällig; stark; stattlich; stolz; stramm; stämmig; tatkräftig; trotzig
vital lebenskräftig; lebensnotwendig; lebenswichtig; vital ausschlaggebend; benötigt; dringend; dringend nötig; dringlich; entscheidend; erforderlich; essentiell; notwendig; nötig; stringent; unentbehrlich; wesentlich; wichtig; zentral

Synoniemen voor "vital":


Wiktionary: vital

vital
adjective
  1. lebendig, kräftig
vital
adjective
  1. full of spirit of life
  2. full of liveliness and activity
  3. vigorous

Computer vertaling door derden: