Overzicht
Duits naar Spaans: Meer gegevens...
- Schlinge:
-
schlingen:
- arrojar; salir a borbotones de; columpiarse; borbotear por; agitar; mecer; ondear; escorar; bambolearse; oscilar; rizar; blandir; fluctuar; agitarse; tambalearse; mecerse; serpentear; balancearse; renguear; hacer eses; ondularse; saludar con la mano; moverse continuamente; dar bandazos; hacer oscilar; entrar a chorros en; saltar sobre; borbotear de; enredarse; ubicar; tender; jugar; pagar; encajar; colocar; situar; hacer; poner; invertir; mover; tumbar; reducir; componer; derribar; destinar; publicar; colocarse; engarzar; hacer arreglos musicales; depositar sobre; devorar; comerse; tragarse; engullir; tomar; comer; jalar; tragar; ingerir; jamar; atiborrarse; atracarse; llenarse de comida; tomar combustible; comer con glotonería
- Wiktionary:
Duits
Uitgebreide vertaling voor Schlinge (Duits) in het Spaans
Schlinge:
-
die Schlinge (Laufknoten)
-
die Schlinge (Binde)
el cabestrillo -
die Schlinge (Verdrehung; Verschlingung)
-
die Schlinge (Schleife; Schlaufe; Zickzackkurve)
Vertaal Matrix voor Schlinge:
| Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
| cabestrillo | Binde; Schlinge | |
| cinta para colgar | Schlaufe; Schleife; Schlinge; Zickzackkurve | |
| correa | Schlaufe; Schleife; Schlinge; Zickzackkurve | Gurt; Gürtel; Hosengürtel; Koppelriemen; Riemen; Saite; Tragriemen |
| distorsión | Schlinge; Verdrehung; Verschlingung | |
| falseamiento | Schlinge; Verdrehung; Verschlingung | |
| lazo | Schlaufe; Schleife; Schlinge; Zickzackkurve | Anteil; Auflage; Auflegung; Ausgabe; Band; Bande; Binde; Bindung; Bund; Decke; Diele; Druck; Haarbänder; Haarschleife; Kordel; Lasso; Lautstärke; Schlaufenbogen; Schleife; Schnur; Spalte; Spannung |
| nudo | Laufknoten; Schlinge | Abteilung; Gelenk; Gelenkknubbel; Geschäftsstelle; Knorren; Sektion |
| retorcimiento | Schlinge; Verdrehung; Verschlingung | |
| tergiversación | Schlinge; Verdrehung; Verschlingung |
Synoniemen voor "Schlinge":
Wiktionary: Schlinge
Cross Translation:
| From | To | Via |
|---|---|---|
| • Schlinge | → dogal | ↔ noose — an adjustable loop or rope |
| • Schlinge | → lazo | ↔ boucle — forme de ligne courbe |
| • Schlinge | → malla; nudo corredizo | ↔ maille — cout|fr Chaque boucle que forme le fil, la soie, la laine, etc., dans des tissus plus ou moins lâches, comme les tricots. |
schlingen:
-
schlingen (schaukeln; fließen; wallen; winken; schleudern; wogen; wiegen; pendeln; dünen; schlingern; schwingen; schwenken; herumfliegen; schwanken; wackeln; baumeln; flattern; schmettern; wippen; schlittern; schlenkern; watscheln; schlackern; tänzeln; sichwellen)
arrojar; salir a borbotones de; columpiarse; borbotear por; agitar; mecer; ondear; escorar; bambolearse; oscilar; rizar; blandir; fluctuar; agitarse; tambalearse; mecerse; serpentear; balancearse; renguear; hacer eses; ondularse; saludar con la mano; moverse continuamente; dar bandazos; hacer oscilar; entrar a chorros en; saltar sobre; borbotear de-
arrojar werkwoord
-
salir a borbotones de werkwoord
-
columpiarse werkwoord
-
borbotear por werkwoord
-
agitar werkwoord
-
mecer werkwoord
-
ondear werkwoord
-
escorar werkwoord
-
bambolearse werkwoord
-
oscilar werkwoord
-
rizar werkwoord
-
blandir werkwoord
-
fluctuar werkwoord
-
agitarse werkwoord
-
tambalearse werkwoord
-
mecerse werkwoord
-
serpentear werkwoord
-
balancearse werkwoord
-
renguear werkwoord
-
hacer eses werkwoord
-
ondularse werkwoord
-
saludar con la mano werkwoord
-
moverse continuamente werkwoord
-
dar bandazos werkwoord
-
hacer oscilar werkwoord
-
entrar a chorros en werkwoord
-
saltar sobre werkwoord
-
borbotear de werkwoord
-
-
schlingen
-
schlingen (unteraus legen; stecken; legen; vergeben; einstellen; abstellen; verlegen; stellen; setzen; schalten; aufstellen; ablegen; einräumen; fügen; brühen; betten; anbringen; einteilen; einordnen; einweisen; hinlegen; hinstellen; unterbringen; installieren; laichen; einrücken; stationieren; gruppieren)
ubicar; tender; jugar; pagar; encajar; colocar; situar; hacer; poner; invertir; mover; tumbar; reducir; componer; derribar; destinar; publicar; colocarse; engarzar; hacer arreglos musicales; depositar sobre-
ubicar werkwoord
-
tender werkwoord
-
jugar werkwoord
-
pagar werkwoord
-
encajar werkwoord
-
colocar werkwoord
-
situar werkwoord
-
hacer werkwoord
-
poner werkwoord
-
invertir werkwoord
-
mover werkwoord
-
tumbar werkwoord
-
reducir werkwoord
-
componer werkwoord
-
derribar werkwoord
-
destinar werkwoord
-
publicar werkwoord
-
colocarse werkwoord
-
engarzar werkwoord
-
hacer arreglos musicales werkwoord
-
depositar sobre werkwoord
-
-
schlingen (auffressen; verschlingen; fressen)
-
schlingen (hinunterschlucken; nehmen; verschlucken; hereinkriegen; genießen; schlucken; verschlingen; fressen; stopfen; verzehren; einstecken; futtern; verspeisen; schwelgen; ätzen; vertilgen; auffressen; aufessen; hineinstopfen; bunkern; hinunterschlingen)
tomar; comer; jalar; engullir; tragar; devorar; ingerir; comerse; jamar; tragarse; atiborrarse; atracarse; llenarse de comida; tomar combustible; comer con glotonería-
tomar werkwoord
-
comer werkwoord
-
jalar werkwoord
-
engullir werkwoord
-
tragar werkwoord
-
devorar werkwoord
-
ingerir werkwoord
-
comerse werkwoord
-
jamar werkwoord
-
tragarse werkwoord
-
atiborrarse werkwoord
-
atracarse werkwoord
-
llenarse de comida werkwoord
-
tomar combustible werkwoord
-
comer con glotonería werkwoord
-
Conjugations for schlingen:
Präsens
- schlinge
- schlingst
- schlingt
- schlingen
- schlingt
- schlingen
Imperfekt
- schlang
- schlangst
- schlang
- schlangen
- schlangt
- schlangt
Perfekt
- habe geschlungen
- hast geschlungen
- hat geschlungen
- haben geschlungen
- habt geschlungen
- haben geschlungen
1. Konjunktiv [1]
- schlinge
- schlingest
- schlinge
- schlingen
- schlinget
- schlingen
2. Konjunktiv
- schlänge
- schlängest
- schlänge
- schlängen
- schlängt
- schlängen
Futur 1
- werde schlingen
- wirst schlingen
- wird schlingen
- werden schlingen
- werdet schlingen
- werden schlingen
1. Konjunktiv [2]
- würde schlingen
- würdest schlingen
- würde schlingen
- würden schlingen
- würdet schlingen
- würden schlingen
Diverses
- schling!
- schlingt!
- schlingen Sie!
- geschlungen
- schlingend
1. ich, 2. du, 3. er/sie/es, 4. wir, 5. ihr, 6. sie/Sie
Vertaal Matrix voor schlingen:
Synoniemen voor "schlingen":
Wiktionary: schlingen
Cross Translation:
| From | To | Via |
|---|---|---|
| • schlingen | → engullir | ↔ gobble — to eat hastily or greedily |
| • schlingen | → perturbar; sacudir | ↔ agiter — Traductions à trier suivant le sens |
| • schlingen | → tragar; deglutir | ↔ avaler — Traductions à trier suivant le sens |
| • schlingen | → blandir; tremolar | ↔ brandir — agiter dans sa main une arme, comme si on se préparer à frapper. |
| • schlingen | → apiparse | ↔ bâfrer — Manger avidement et avec excès (transitif) |
| • schlingen | → trenzar; entrelazar; entrecruzar | ↔ natter — tresser en natte. |
| • schlingen | → tejer; trenzar; entrelazar; entrecruzar | ↔ tisser — Faire de la toile ou d’autres étoffes en croiser ou entrelacer sur un métier les fils dont elles devoir composer. |
| • schlingen | → trenzar; entrelazar; entrecruzar | ↔ tresser — mettre, arranger en tresses. |