Overzicht


Duits

Uitgebreide vertaling voor Anklopfen (Duits) in het Spaans

Anklopfen:

Anklopfen [das ~] zelfstandig naamwoord

  1. Anklopfen
    el llamar a la puerta
  2. Anklopfen (Anschlagen)
    el tocar
    • tocar [el ~] zelfstandig naamwoord
  3. Anklopfen (Beklopfen)
    el golpear; el dar golpecitos; el golpear suavemente

Vertaal Matrix voor Anklopfen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
dar golpecitos Anklopfen; Beklopfen abklopfen
golpear Anklopfen; Beklopfen
golpear suavemente Anklopfen; Beklopfen abklopfen
llamar a la puerta Anklopfen Die Klingel läuten; Klingeln
tocar Anklopfen; Anschlagen Anrühren
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
dar golpecitos auf der Schreibmaschine schreiben; tippen
golpear abklopfen; anstoßen; antun; auf der Schreibmaschine schreiben; aufgehen; aufstampfen; auspfählen; berühren; besiegen; betreffen; bewegen; bimmeln; bumsen; dreschen; einen Klaps geben; einhämmern; einklopfen; einrammen; erregen; fundieren; gegenseitig schlagen; hacken; hart schlagen; hauen; hinken; hämmern; hüpfen; klappern; klimpern; klingeln; klingen; klirren; klopfen; läuten; pochen; rammen; rasseln; rattern; rumpeln; rühren; rütteln; schellen; schlagen; ticken; tippen; treffen; verkloppen; zusammenschlagen
llamar a la puerta bimmeln; bumsen; hämmern; klingeln; läuten; schellen
tocar abtasten; anfassen; anrühren; antun; antupfen; befühlen; berühren; bespielen; betasten; betreffen; bewegen; erregen; fühlen; leicht berühren; rühren; streifen; tasten; tippen; treffen; tupfen; zufallen; zukommen; zuteil werden

Computer vertaling door derden: