Overzicht
Duits naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. Gips:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Gips (Duits) in het Spaans

Gips:

Gips [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Gips
    el yeso; la escayola
    • yeso [el ~] zelfstandig naamwoord
    • escayola [la ~] zelfstandig naamwoord
  2. der Gips
    el yeso
    • yeso [el ~] zelfstandig naamwoord
  3. der Gips (Guß; Form; Abdruck)
    el vaciado en molde; la forma; el molde; el yeso
    • vaciado en molde [el ~] zelfstandig naamwoord
    • forma [la ~] zelfstandig naamwoord
    • molde [el ~] zelfstandig naamwoord
    • yeso [el ~] zelfstandig naamwoord
  4. der Gips (Stuck; Putz; Kalk)
    la escayola; el yeso; el estuco; el calcio; el emplasto; la cal
    • escayola [la ~] zelfstandig naamwoord
    • yeso [el ~] zelfstandig naamwoord
    • estuco [el ~] zelfstandig naamwoord
    • calcio [el ~] zelfstandig naamwoord
    • emplasto [el ~] zelfstandig naamwoord
    • cal [la ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Gips:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
cal Gips; Kalk; Putz; Stuck Kalk; Tünche; Weißkalk
calcio Gips; Kalk; Putz; Stuck Kalk; Kalzium
emplasto Gips; Kalk; Putz; Stuck Heftpflaster; Kalk; Kleifplaster; Plaster
escayola Gips; Kalk; Putz; Stuck Gipsbinde; Gipsverband; Heftpflaster; Kalk; Kleifplaster; Plaster
estuco Gips; Kalk; Putz; Stuck Grundiermasse; Kalk; Spachtelmasse
forma Abdruck; Form; Gips; Guß Anstand; Anstandslehre; Art; Art und Weise; Bedingung; Beschaffenheit; Bildung; Ehrlichkeit; Eikleidung; Erscheinen; Erscheinung; Erscheinungsform; Figur; Form; Geldkurs; Geldsorte; Geldsorten; Geldwährung; Gestalt; Gestaltung; Gießform; Gußform; Handlungsweise; Hirngespinst; Höflichkeit; Kondition; Kurs; Methode; Münzsorte; Paßform; Schatten; Schemen; Schick; Schnitt; Sittlichkeit; Sittsamkeit; Sitz; Statur; Umrechnungskurs; Valuta; Verfassung; Verhaltensmaßregel; Vorstellungsweise; Wechselgebühr; Wechselkurs; Wuchs; Währung; Währungseinheit; in Form sein
molde Abdruck; Form; Gips; Guß Abdruck; Abguß; Aufguß; Druckform; Erscheinen; Erscheinung; Figur; Form; Gestalt; Giessform; Gießform; Guß; Gußform; Matrix; Schablone; Statur; Wuchs
vaciado en molde Abdruck; Form; Gips; Guß
yeso Abdruck; Form; Gips; Guß; Kalk; Putz; Stuck Kalk
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
forma Form; Shape

Wiktionary: Gips

Gips
noun
  1. zu den Sulfaten gehörendes häufiges Mineral (CaSO4), sowie auch Gestein das vollständig oder zum größten Teil aus diesem Mineral besteht

Cross Translation:
FromToVia
Gips escayola; yeso cast — medicine: supportive and immobilising device
Gips yeso gypsum — mineral
Gips aljez gips — (scheikunde) een uit calciumsulfaat en water uithardende witte vaste stof: CaSO4·2H2O
Gips yeso; aljez gypse — minéral|fr Espèce minérale composée de sulfate hydraté de calcium de formule brute CaSO4, 2(H2O).
Gips yeso plâtre — (familier, fr) gypse qui se trouver par couches dans le sein de la terre.

Computer vertaling door derden: