Overzicht


Duits

Uitgebreide vertaling voor Grinsen (Duits) in het Spaans

Grinsen:

Grinsen [das ~] zelfstandig naamwoord

  1. Grinsen (Lachen; Lächeln; Gelächter)
    la risa; la risilla; el ataque de risa; el rictus
  2. Grinsen (Grimasse)
    el gesto; la mueca; el rictus; la risa sardónica
  3. Grinsen (Grimasse)
    el gesto; la mueca; la risilla; la risa sardónica
  4. Grinsen (Gegrinse)
    la risa entre dientes

Vertaal Matrix voor Grinsen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
ataque de risa Gelächter; Grinsen; Lachen; Lächeln Lachanfall; Lachkrampf
gesto Grimasse; Grinsen Anspielung; Blech; Büchse; Dose; Fingerzeig; Gebärde; Geste; Hinweis; Indiz; Konserve; Metall; Schimmer; Signal; Spur; Stichwort; Tip; Wink; Zeichen
mueca Grimasse; Grinsen
rictus Gelächter; Grimasse; Grinsen; Lachen; Lächeln
risa Gelächter; Grinsen; Lachen; Lächeln Gekicher; Gelächter; Kichern; Lachen; Lacher
risa entre dientes Gegrinse; Grinsen
risa sardónica Grimasse; Grinsen Gegrinse
risilla Gelächter; Grimasse; Grinsen; Lachen; Lächeln

Wiktionary: Grinsen


Cross Translation:
FromToVia
Grinsen sonrisa abierta; sonrisa amplia grin — A smile revealing the teeth

Computer vertaling door derden: