Overzicht
Duits naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. Hasser:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Hasser (Duits) in het Spaans

Hasser:

Hasser [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Hasser
    el odiador; el enemigo; la persona que odia
  2. der Hasser
    el quien odia

Vertaal Matrix voor Hasser:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
enemigo Hasser Feind; Gegenkandidat; Gegenspieler; Gegner; Kontrahent; Opponent; der eine Gegenstimme abgibt; die eine Gegenstimme abgibt
odiador Hasser
persona que odia Hasser
quien odia Hasser
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
enemigo abgeneigt; abhold; aufsässig; bedrohlich; boshaft; drohend; feindlich; feindselig; furchtbar; gefährlich; gehässig; giftig; häslich; unhold; widerborstig

Computer vertaling door derden: