Overzicht
Duits naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. Inspektor:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Inspektor (Duits) in het Spaans

Inspektor:

Inspektor [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Inspektor (Kontrolleur; Fahnder; Aufsichtsbeamte; Inspekteur)
    el supervisor; el inspector

Vertaal Matrix voor Inspektor:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
inspector Aufsichtsbeamte; Fahnder; Inspekteur; Inspektor; Kontrolleur Aufseher; Betreuer; Tierpfleger; Wärter; Zollfahnder; jemand die Aufsicht führt über
supervisor Aufsichtsbeamte; Fahnder; Inspekteur; Inspektor; Kontrolleur Aufseher; Betreuer; Meister; Saalwärter; Tierpfleger; Wärter; jemand die Aufsicht führt über

Synoniemen voor "Inspektor":