Overzicht
Duits naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. Kennzahl:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Kennzahl (Duits) in het Spaans

Kennzahl:

Kennzahl [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Kennzahl (Kennziffer)
    el código; el indicativo; el prefijo
  2. die Kennzahl
    la medida
    • medida [la ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Kennzahl:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
código Kennzahl; Kennziffer Geheimschrift; Gesetzbuch; Kode; Kodieren
indicativo Kennzahl; Kennziffer Indikativ; Vorwählnummer
medida Kennzahl Abmessung; Abschnitt; Ausdehnung; Ausmaß; Bedeutung; Bekanntmachung; Beschluß; Dekret; Dimension; Erlaß; Format; Grad; Gradation; Größe; Maß; Maßnahme; Measure; Quantität; Skala; Verfügung; Verordnung
prefijo Kennzahl; Kennziffer Vorsetze; Vorwählnummer

Wiktionary: Kennzahl

Kennzahl
noun
  1. Zahl, die Zustände und Entwicklungen verdeutlicht