Teppich in het Spaans vertaald uit het Duits

Overzicht

Duits naar Spaans: Meer gegevens...

Teppich:
- tapiz; alfombra; moqueta; alfombrado; vestido; tapicería
Wiktionary:
- Teppich → alfombra, tapiz
- Teppich → moqueta, alfombra, tapete, alfombrilla, tapiz

Duits

Uitgebreide vertaling voor Teppich (Duits) in het Spaans

der Teppich (Fußbodenbelag; Belag)
el tapiz; la alfombra; la moqueta; el alfombrado
- tapiz [el ~] zelfstandig naamwoord
- alfombra [la ~] zelfstandig naamwoord
- moqueta [la ~] zelfstandig naamwoord
- alfombrado [el ~] zelfstandig naamwoord
der Teppich (Fußbodenbelag; Belag)
el tapiz; la alfombra; la moqueta
- tapiz [el ~] zelfstandig naamwoord
- alfombra [la ~] zelfstandig naamwoord
- moqueta [la ~] zelfstandig naamwoord
der Teppich (Decke)
el vestido
- vestido [el ~] zelfstandig naamwoord
der Teppich
la tapicería
- tapicería [la ~] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
alfombra	Belag; Fußbodenbelag; Teppich
alfombrado	Belag; Fußbodenbelag; Teppich
moqueta	Belag; Fußbodenbelag; Teppich
tapicería	Teppich	Auskleidung; Polsterung; Tapisserie; Tapisseriegeschäft; Verkleidung
tapiz	Belag; Fußbodenbelag; Teppich	Gobelin; Wandbehang; Wandteppich
vestido	Decke; Teppich	Aufmachung; Kleid; Kleidertracht; Kleidung; Tracht; Trachtenkleidung; folkloristisches Kostüm
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
vestido		angetan; angezogen; elegant; gekleidet; gepflegt; hübsch; korrekt; piekfein; schick

Teppich

noun

Cross Translation:

From	To	Via
• Teppich	→ moqueta; alfombra	↔ carpet — A fabric used as a floor covering
• Teppich	→ tapete; alfombra; alfombrilla	↔ rug — small carpet
• Teppich	→ tapiz; alfombra	↔ tapijt — vloerkleed