Duits
Uitgebreide vertaling voor abgehetzt (Duits) in het Spaans
abgehetzt:
-
abgehetzt (gereizt)
excitado; incitado; apresurado; irritado; empujado; atosigado; aguijoneado-
excitado bijvoeglijk naamwoord
-
incitado bijvoeglijk naamwoord
-
apresurado bijvoeglijk naamwoord
-
irritado bijvoeglijk naamwoord
-
empujado bijvoeglijk naamwoord
-
atosigado bijvoeglijk naamwoord
-
aguijoneado bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor abgehetzt:
| Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
| aguijoneado | abgehetzt; gereizt | |
| apresurado | abgehetzt; gereizt | gedankenlos; gehetzt; gejagd; geschwind; gestresst; hastig; hetzig; in aller Eile; leichtfertig; leichtsinnig; rasch; schnell; unbedachtsam; unbesonnen; unvorsichtig; unüberlegt; waghalsig; überhastet; überstürzt |
| atosigado | abgehetzt; gereizt | |
| empujado | abgehetzt; gereizt | angestoßen |
| excitado | abgehetzt; gereizt | agitiert; aufgebracht; aufgeregt; aufgeweckt; erhitzt; erregt; feurig; frisch; hitzig; lebendig; lebhaft; munter; quick; tüchtig |
| incitado | abgehetzt; gereizt | |
| irritado | abgehetzt; gereizt | agitiert; angebrannt; aufgebracht; aufgeregt; brenzlich; erhitzt; erregt; gebrochen; gereizt; giftig; glücklos; grimmig; heftig; hitzig; hitzköpfig; irritiert; kribbelig; mißmutig; mißvergnügt; pikiert; reizbar; sauer; schlecht gelaunt; schlechtgelaunt; säuerlich; unwillig; unzufrieden; verdrießlich; verstimmt; verärgert; ärgerlich |