Overzicht
Duits naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. jubelnd:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor jubelnd (Duits) in het Spaans

jubelnd:

jubelnd bijvoeglijk naamwoord

  1. jubelnd (jauchzend)
    contento; exultante; jubiloso

Vertaal Matrix voor jubelnd:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
contento Ausgelassenheit; Befriedigung; Erfreulichkeit; Erfüllung; Feudenruf; Freude; Freudenfest; Freudentaumel; Frohsinn; Fröhlichkeit; Gefallen; Genugtuung; Genuß; Geselligkeit; Glückseligkeit; Heiterkeit; Hilarität; Jubel; Keckheid; Keckheit; Lebhaftigkeit; Lust; Lustigkeit; Munterkeit; Seligkeit; Spaß; Vergnügen
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
contento jauchzend; jubelnd befriedigt; begeistert; entzückt; erfreut; euphorisch; freudig; froh; fröhlich; gesättigt; glücklich; glücklich fühlen; gutgelaunt; heiter; lebhaft; munter; vergnüglich; vergnügt; zufrieden
exultante jauchzend; jubelnd
jubiloso jauchzend; jubelnd

Wiktionary: jubelnd

jubelnd
adjective
  1. sich laut freuend