Overzicht
Duits naar Frans:   Meer gegevens...
  1. Balance:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Balance (Duits) in het Frans

Balance:

Balance [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Balance (Ausgeglichenheit; Gleichgewicht; Gleichgewichtzustand; Harmonie; Zusammenklang)
    l'équilibre; la balance; l'harmonie

Balance

  1. Balance

Vertaal Matrix voor Balance:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
balance Ausgeglichenheit; Balance; Gleichgewicht; Gleichgewichtzustand; Harmonie; Zusammenklang Brückenwaage; Stadtwaage; Waage
harmonie Ausgeglichenheit; Balance; Gleichgewicht; Gleichgewichtzustand; Harmonie; Zusammenklang Band; Blaskapelle; Einhelligkeit; Einigkeit; Einmütigkeit; Einstimmigkeit; Eintracht; Einverständnis; Fanfare; Geschlossenheit; Gleichförmigkeit; Harmonie; Harmonienlehre; Harmonieorchester; Solidarität; Spielmannszug; Verträglichkeit; Wohlklang; Zusammengehörigkeit; Zusammenklang; Übereinstimming
équilibre Ausgeglichenheit; Balance; Gleichgewicht; Gleichgewichtzustand; Harmonie; Zusammenklang Ausgeglichenheit; Beständigkeit; Dauerhaftigkeit; Festigkeit; Gewißheit; Hartnäckigkeit; Sicherheit; Stabilität; Stetigkeit; Unumstößlichkeit
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
Équilibre Balance

Synoniemen voor "Balance":


Wiktionary: Balance

Balance
Cross Translation:
FromToVia
Balance équilibre balance — equilibrium
Balance équilibre equilibrium — condition of a system in which competing influences are balanced
Balance équilibre balans — evenwicht

Computer vertaling door derden: