Overzicht
Duits naar Frans:   Meer gegevens...
  1. Inspektor:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Inspektor (Duits) in het Frans

Inspektor:

Inspektor [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Inspektor (Kontrolleur; Inspekteur)
    l'inspecteur; le contrôleur
  2. der Inspektor (Kontrolleur; Fahnder; Aufsichtsbeamte; Inspekteur)
    le contrôleur; l'inspecteur; l'examinateur; l'inspectrice

Vertaal Matrix voor Inspektor:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
contrôleur Aufsichtsbeamte; Fahnder; Inspekteur; Inspektor; Kontrolleur Aufseher; Beschauer; Controller; Waarenprüfer; jemand die Aufsicht führt über
examinateur Aufsichtsbeamte; Fahnder; Inspekteur; Inspektor; Kontrolleur Examinator; Forscher; Prüfer; Untersucher
inspecteur Aufsichtsbeamte; Fahnder; Inspekteur; Inspektor; Kontrolleur Beauftragte; Beschauer; Bevollmächtigte; Generalinspektor; Waarenprüfer
inspectrice Aufsichtsbeamte; Fahnder; Inspekteur; Inspektor; Kontrolleur Aufsichtsperson; Inspektorin

Synoniemen voor "Inspektor":