Overzicht
Duits naar Frans:   Meer gegevens...
  1. Lügner:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Lügner (Duits) in het Frans

Lügner:

Lügner [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Lügner (Lügenbold; Schwindler; Heuchler; Hochstapler)
    le menteur; le fausseur; le trompeur; le fabulateur

Vertaal Matrix voor Lügner:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
fabulateur Heuchler; Hochstapler; Lügenbold; Lügner; Schwindler Phantast; Träumer; Utopist
fausseur Heuchler; Hochstapler; Lügenbold; Lügner; Schwindler
menteur Heuchler; Hochstapler; Lügenbold; Lügner; Schwindler
trompeur Heuchler; Hochstapler; Lügenbold; Lügner; Schwindler Betrüger; Hochstapler; Preller; Schwindler
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
menteur betrügerisch; fraudulös; lügenhaft; trügerisch; unzuverlässig; verlogen
trompeur eingebildet; fiktiv; illusorisch; trügerisch; unwirklich

Wiktionary: Lügner

Lügner
noun
  1. jemand, der lügen, der die Unwahrheit spricht
Lügner
noun
  1. Celui, celle qui mentir, qui a l’habitude de mentir.

Cross Translation:
FromToVia
Lügner menteuse; menteur liar — one who tells lies
Lügner menteur leugenaar — iemand die liegt