Overzicht
Duits naar Frans:   Meer gegevens...
  1. Meisterschaft:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Meisterschaft (Duits) in het Frans

Meisterschaft:

Meisterschaft [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Meisterschaft
    le championnat

Meisterschaft [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Meisterschaft (Beherrschung; Herrschaft)
    la maîtrise

Vertaal Matrix voor Meisterschaft:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
championnat Meisterschaft
maîtrise Beherrschung; Herrschaft; Meisterschaft Beherrschung; Beherschung; Grad der Fähigkeiten; Hochschulabschluß; Kontrolle; Reserviertheit; Selbstbeherschung

Synoniemen voor "Meisterschaft":


Wiktionary: Meisterschaft

Meisterschaft
noun
  1. Sport: ein Wettbewerb, bei dem die besten Sportler in einer bestimmten Sportdisziplin ermittelt werden
Meisterschaft
Cross Translation:
FromToVia
Meisterschaft championnat championship — competition to determine a champion
Meisterschaft championne; champion championship — position of champion, or winner