Duits

Uitgebreide vertaling voor stockbesoffen (Duits) in het Frans

stockbesoffen:

stockbesoffen bijvoeglijk naamwoord

  1. stockbesoffen (betrunken; völlig betrunken; blau; )
    soûl; bourré; ivre; éméché; aviné; raide; gris
    • soûl bijvoeglijk naamwoord
    • bourré bijvoeglijk naamwoord
    • ivre bijvoeglijk naamwoord
    • éméché bijvoeglijk naamwoord
    • aviné bijvoeglijk naamwoord
    • raide bijvoeglijk naamwoord
    • gris bijvoeglijk naamwoord
  2. stockbesoffen (saubesoffen; stinkbesoffen)
    ivre; bourré; gris; beurré
    • ivre bijvoeglijk naamwoord
    • bourré bijvoeglijk naamwoord
    • gris bijvoeglijk naamwoord
    • beurré bijvoeglijk naamwoord
  3. stockbesoffen (besoffen; schwerbetrunken; benebelt; )
    ivre; bourré; complètement ivre; gris; cuite; soûl; ivre mort; complètement bourré; complètement bourrée

Vertaal Matrix voor stockbesoffen:

BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aviné besoffen; betrunken; blau; schwer betrunken; sinnlos betrunken; stockbesoffen; stockbetrunken; völlig betrunken
beurré saubesoffen; stinkbesoffen; stockbesoffen eingefallen; eingesackt
bourré benebelt; besoffen; betrunken; blau; saubesoffen; schwer betrunken; schwerbetrunken; sinnlos betrunken; stinkbesoffen; stockbesoffen; stockbetrunken; voll; völlig betrunken besoffen; blödsinnig; gedrängt voll; gefüllt; gepfropft voll; gerammelt voll; gerappelt voll; gestopft voll; idiotisch; proppenvoll; voll; vollgeladen; vollgestopft; überfüllt; übervoll
complètement bourré benebelt; besoffen; betrunken; blau; schwerbetrunken; sinnlos betrunken; stockbesoffen; stockbetrunken; voll; völlig betrunken
complètement bourrée benebelt; besoffen; betrunken; blau; schwerbetrunken; sinnlos betrunken; stockbesoffen; stockbetrunken; voll; völlig betrunken
complètement ivre benebelt; besoffen; betrunken; blau; schwerbetrunken; sinnlos betrunken; stockbesoffen; stockbetrunken; voll; völlig betrunken
cuite benebelt; besoffen; betrunken; blau; schwerbetrunken; sinnlos betrunken; stockbesoffen; stockbetrunken; voll; völlig betrunken
gris benebelt; besoffen; betrunken; blau; saubesoffen; schwer betrunken; schwerbetrunken; sinnlos betrunken; stinkbesoffen; stockbesoffen; stockbetrunken; voll; völlig betrunken angeheitert; angesäuselt; benebelt; berauscht; besoffen; besäuselt; betrunken; blau; blaß; bleich; bösartig; dumpf; dumpfig; duselig; düster; ekelhaft; fahl; falb; farblos; faul; fett; fettig; finster; flau; fleckig; glanzlos; grau; graufarbig; grauhaarig; greis; halbbetrunken; krätzig; lumpig; mismutig; regnerisch; räudig; schlammig; schlampig; schlottrig; schmierig; schmuddelig; schmutzig; schmutziggrau; schwer betrunken; stinkig; stock besoffen; stock betrunken; trostlos; trüb; trübe; ungefärbt; unordentlich; verkommen; voll; völlig betrunken; widerlich
ivre benebelt; besoffen; betrunken; blau; saubesoffen; schwer betrunken; schwerbetrunken; sinnlos betrunken; stinkbesoffen; stockbesoffen; stockbetrunken; voll; völlig betrunken besoffen; betrunken
ivre mort benebelt; besoffen; betrunken; blau; schwerbetrunken; sinnlos betrunken; stockbesoffen; stockbetrunken; voll; völlig betrunken
raide besoffen; betrunken; blau; schwer betrunken; sinnlos betrunken; stockbesoffen; stockbetrunken; völlig betrunken abgemessen; abgespannt; barsch; bemessen; brüsk; bäuerisch; dickköpfig; dünn; eckig; eigenbrötlerisch; eigensinnig; eigenwillig; enganliegend; entspannt; erstarrt; flau; flegelhaft; gebrechlich; gemessen; griesgrämig; grob; grobschlächtig; hauteng; hilflos; hinfällig; hölzern; kantig; knapp; knurrig; kraftlos; krankhaft; kränklich; lahm; lasch; lustlos; lästig; mit leerer Tasche; mißlich; prall; rauh; sauertöpfisch; schlacksig; schlaff; schlapp; schlechtgelaunt; schneidig; schwerfällig; schwächlich; standhaft; starr; starrköpfig; starrsinnig; steif; stelzbeinig; stier; straff; stramm; streng; störrisch; stümperhaft; taktlos; tapprig; tapsig; trotzig; täppisch; tölpelhaft; umbequem; unbehaglich; unbeholfen; unbeugsam; unerschütterlich; ungehobelt; ungelenk; ungeschickt; ungeschlacht; unhandlich; unverwandt; weich; welk; widerborstig; widerspenstig; widerwillig; wässerig
soûl benebelt; besoffen; betrunken; blau; schwer betrunken; schwerbetrunken; sinnlos betrunken; stockbesoffen; stockbetrunken; voll; völlig betrunken besoffen; betrunken
éméché besoffen; betrunken; blau; schwer betrunken; sinnlos betrunken; stockbesoffen; stockbetrunken; völlig betrunken angeheitert; angesäuselt; benebelt; berauscht; besoffen; besäuselt; betrunken; blau; duselig; schwer betrunken; stock besoffen; stock betrunken; voll; völlig betrunken

Synoniemen voor "stockbesoffen":

  • betrunken; hackedicht; sternhagelblau; sternhagelvoll; sturzbetrunken; total besoffen; volltrunken