Overzicht
Duits naar Frans:   Meer gegevens...
  1. verpflichtet:
  2. verpflichten:
  3. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor verpflichtet (Duits) in het Frans

verpflichtet:

verpflichtet bijvoeglijk naamwoord

  1. verpflichtet (erforderlich; obligatorisch; vorschriftsmäßig; )
    obligatoire; obligé; engagé; ; lié; réglementaire; tenu
  2. verpflichtet (unfreiwillig; gezwungen; zwangsmässig)
    involontaire; forcé
  3. verpflichtet (unfrei; gezwungen; verbindlich; obligatorisch)
    lié; engagé; obligé; occupé; tenu
    • lié bijvoeglijk naamwoord
    • engagé bijvoeglijk naamwoord
    • obligé bijvoeglijk naamwoord
    • occupé bijvoeglijk naamwoord
    • tenu bijvoeglijk naamwoord
  4. verpflichtet (vorschriftsmäßig; reglementarisch; obligatorisch; verbindlich; ordnungsgemäß)
    réglémentaire

Vertaal Matrix voor verpflichtet:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
lié Anknöpfen
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
lié erforderlich; gezwungen; obligatorisch; ordnungsgemäß; reglementarisch; unfrei; verbindlich; verpflichtet; vorschriftsmäßig aneinandergereiht; angekettet; angeschlossen; befestigt; eine Einheit formend; einhellig; einig; einmütig; einstimmig; einträchtig; festgebunden; gebunden; gemeinsam; gemeinschaftlich; geschlossen; gezwungen; gleichförmig; gleichgestimmt; solidarisch; unfrei; verbunden; verträglich; zusammengebunden; zusammenhängend
occupé gezwungen; obligatorisch; unfrei; verbindlich; verpflichtet aktiv; beschäftigt; beschäftigt mit; besetzt; eifrig; emsig; fleißig; geschäftig; mit etwas befassen; sich befassen; sich beschäftigen
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
erforderlich; gezwungen; obligatorisch; ordnungsgemäß; reglementarisch; verbindlich; verpflichtet; vorschriftsmäßig schuldig; verbindlich; verpflichtet sein an
engagé erforderlich; gezwungen; obligatorisch; ordnungsgemäß; reglementarisch; unfrei; verbindlich; verpflichtet; vorschriftsmäßig gebunden; gezwungen; unfrei
forcé gezwungen; unfreiwillig; verpflichtet; zwangsmässig affektiert; erkünstelt; forciert; gekünstelt; geschraubt; geziert; gezwungen; künstlich; notgezwungen; steif; unecht; unfreiwillig; unnatürlich; weg; weggefahren; zwanghaft; zwangsmäsig; zwangsmässig
involontaire gezwungen; unfreiwillig; verpflichtet; zwangsmässig gedankenlos; geistesabwesend; gezwungen; nicht wissentlich; steif; unabsichtlich; unbewußt; unfreiwillig; unwillkürlich; unwissend; unwissentlich; unüberlegt; zwanghaft; zwangsmäsig
obligatoire erforderlich; gezwungen; obligatorisch; ordnungsgemäß; reglementarisch; verbindlich; verpflichtet; vorschriftsmäßig bindende; obligatorisch; pflicht
obligé erforderlich; gezwungen; obligatorisch; ordnungsgemäß; reglementarisch; unfrei; verbindlich; verpflichtet; vorschriftsmäßig dankbar; erkenntlich
réglementaire erforderlich; gezwungen; obligatorisch; ordnungsgemäß; reglementarisch; verbindlich; verpflichtet; vorschriftsmäßig satzungsgemäß
réglémentaire obligatorisch; ordnungsgemäß; reglementarisch; verbindlich; verpflichtet; vorschriftsmäßig
tenu erforderlich; gezwungen; obligatorisch; ordnungsgemäß; reglementarisch; unfrei; verbindlich; verpflichtet; vorschriftsmäßig

Wiktionary: verpflichtet

verpflichtet
adjective
  1. Demandé, exigé (2)

Cross Translation:
FromToVia
verpflichtet obligé verplicht — door iets of iemand gedwongen

verpflichtet vorm van verpflichten:

verpflichten werkwoord (verpfliche, verpflichst, verpflicht, verpflichte, verpflichtet, verpflichtet)

  1. verpflichten
    obliger; forcer; s'obliger à
    • obliger werkwoord (oblige, obliges, obligeons, obligez, )
    • forcer werkwoord (force, forces, forçons, forcez, )
    • s'obliger à werkwoord

Conjugations for verpflichten:

Präsens
  1. verpfliche
  2. verpflichst
  3. verpflicht
  4. verpflichen
  5. verpflicht
  6. verpflichen
Imperfekt
  1. verpflichte
  2. verpflichtest
  3. verpflichte
  4. verpflichten
  5. verpflichtet
  6. verpflichten
Perfekt
  1. habe verpflichtet
  2. hast verpflichtet
  3. hat verpflichtet
  4. haben verpflichtet
  5. habt verpflichtet
  6. haben verpflichtet
1. Konjunktiv [1]
  1. verpfliche
  2. verpflichest
  3. verpfliche
  4. verpflichen
  5. verpflichet
  6. verpflichen
2. Konjunktiv
  1. verpflichte
  2. verpflichtest
  3. verpflichte
  4. verpflichten
  5. verpflichtet
  6. verpflichten
Futur 1
  1. werde verpflichten
  2. wirst verpflichten
  3. wird verpflichten
  4. werden verpflichten
  5. werdet verpflichten
  6. werden verpflichten
1. Konjunktiv [2]
  1. würde verpflichten
  2. würdest verpflichten
  3. würde verpflichten
  4. würden verpflichten
  5. würdet verpflichten
  6. würden verpflichten
Diverses
  1. verpflich!
  2. verpflicht!
  3. verpflichen Sie!
  4. verpflichtet
  5. h
1. ich, 2. du, 3. er/sie/es, 4. wir, 5. ihr, 6. sie/Sie

Vertaal Matrix voor verpflichten:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
forcer verpflichten abbrechen; abnötigen; abtrennen; abzwingen; anfallen; angreifen; anstürmen; aufbrechen; aufbringen; auflösen; aufreißen; aufsperren; aufstoßen; aufteilen; auseinandernehmen; ausladen; befehlen; bestürmen; dekodieren; diktieren; durchführen; durchsetzen; entehen; entfesseln; entreißen; entziehen; erpressen; erzwingen; forcieren; gebieten; genötigt sein zu; pressen
obliger verpflichten befehlen; erzwingen; forcieren; gebieten; genötigt sein zu; pressen
s'obliger à verpflichten

Synoniemen voor "verpflichten":


Wiktionary: verpflichten

verpflichten
verb
  1. Lier quelqu’un par un contrat, par une promesse, contraindre à exécuter la chose à laquelle on s’est engagé.

Cross Translation:
FromToVia
verpflichten obliger; imposer oblige — to constrain someone by force or by social, moral or legal means
verpflichten obliger verplichten — tot regel maken dat iets moet

Verwante vertalingen van verpflichtet