Home ->Woordenboeken ->Duits/Nederlands ->Zoek: Trauma

Duitse en Nederlandse zoekresultaten voor: Trauma

Overzicht

Duits naar Nederlands: Meer gegevens...

Trauma:
- trauma
Wiktionary:
- Trauma → schok, trauma

Nederlands naar Duits: Meer gegevens...

trauma:
- Trauma; Unfallverletzung
Wiktionary:
- trauma → Trauma

Duits

Uitgebreide vertaling voor Trauma (Duits) in het Nederlands

Trauma:

Trauma [das ~] zelfstandig naamwoord

Trauma
het trauma
- trauma [het ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Trauma:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
trauma	Trauma	Unfallverletzung

Synoniemen voor "Trauma":

Blessur; Körperverletzung; Läsion; Verletzung; Verwundung; Beschwerde; Krankheitszeichen; Symptom
Erschütterung; seelischer Schock

Wiktionary: Trauma

Trauma

noun

een gebeurtenis die iemand hevig van de wijs brengt
- schok → Schock; Trauma
psychische stoornis, ontstaan door een schokkende ervaring
- trauma → Trauma

Nederlands

Uitgebreide vertaling voor Trauma (Nederlands) in het Duits

trauma:

trauma [het ~] zelfstandig naamwoord

het trauma
Trauma
- Trauma [das ~] zelfstandig naamwoord
het trauma
Unfallverletzung
- Unfallverletzung

Vertaal Matrix voor trauma:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Trauma	trauma
Over	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Unfallverletzung	trauma

Wiktionary: trauma

trauma

noun

psychische stoornis, ontstaan door een schokkende ervaring
- trauma → Trauma