Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Abpassen:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Abpassen (Duits) in het Nederlands

Abpassen:

Abpassen [das ~] zelfstandig naamwoord

  1. Abpassen (Erwarten; Abfangen; Auflauern)
    opwachten

Vertaal Matrix voor Abpassen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
opwachten Abfangen; Abpassen; Auflauern; Erwarten
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
opwachten abpassen; warten auf