Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Abwarten:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Abwarten (Duits) in het Nederlands

Abwarten:

Abwarten [das ~] zelfstandig naamwoord

  1. Abwarten (Warten)
    de wachten
    • wachten [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
  2. Abwarten
    afwachten

Vertaal Matrix voor Abwarten:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
afwachten Abwarten
wachten Abwarten; Warten
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
afwachten abwarten; warten
wachten Halten; abwarten; warten