Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Abwesentheit:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Abwesentheit (Duits) in het Nederlands

Abwesentheit:

Abwesentheit [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Abwesentheit
    de afwezigheid; niet aanwezig zijn; de absentie

Vertaal Matrix voor Abwesentheit:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
absentie Abwesentheit Abwesenheit; Versäumnis; Verzug
afwezigheid Abwesentheit Abwesenheit; Geistesabwesenheit; Zerstreutheit
niet aanwezig zijn Abwesentheit

Computer vertaling door derden: