Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Bauwerken:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Bauwerken (Duits) in het Nederlands

Bauwerken:

Bauwerken [das ~] zelfstandig naamwoord

  1. Bauwerken (Gebäuden)
    de gebouwen; de bouwwerken; de panden
    • gebouwen [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
    • bouwwerken [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
    • panden [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

Vertaal Matrix voor Bauwerken:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bouwwerken Bauwerken; Gebäuden Bauten; Bauwerke
gebouwen Bauwerken; Gebäuden
panden Bauwerken; Gebäuden
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
panden pfänden